Om met de deur in huis te vallen; de term 'garantie' komt in de wet niet voor.
Wat betekent garantie dus eigenlijk?
Garantie geven betekent niks anders als iets garanderen. Iets beloven dus. Wordt op een product een jaar garantie gegeven, dan wordt eigenlijk beloofd dat het product zeker een jaar naar behoren zal functioneren.
Deze belofte betekent dat als er binnen de garantieperiode tóch problemen optreden, de verkoper zijn belofte niet is nagekomen, en deze het product gratis moet herstellen of vervangen, of anders u het aankoopbedrag moet teruggeven.
Een garantie of een garantie periode is dus vrij duidelijk. Stopt het product binnen deze periode met normaal functioneren, dan repareert of vervangt de verkoper het product gratis.
Echter... geheel buiten enige beloofde garantie, heeft u als consument het recht dat het gekochte product gedurende de normale levensduur, gewoon blijft functioneren. Zo mag men van een wasmachine verwachten dat deze zo'n 10 jaar functioneert. Gaat deze na 2 of 3 jaar stuk, dan kunt u terug naar verkoper, ongeacht het feit dat er 1 jaar garantie is beloofd.
Binnen 6 maanden
Treden er binnen 6 maanden problemen op? Dan geeft artikel 7:18 lid 2 BW u een steuntje in de rug:
Let wel: Dit is enkel een bewijsvermoeden, hetgeen door de verkoper weerlegd kan worden. Bij een bank met een koffievlek erop is dat niet moeilijk. (Het betreft geen omkering van de bewijslast. Het risico van het (niet kunnen) bewijzen dat er sprake is van non-conformiteit ligt nog steeds bij de koper).
Rechter vindt auto die 25% minder zuinig rijdt dan vermeld op label niet voldoende afwijken.
Na 6 maanden
Indien uw product gebreken gaat vertonen na 6 maanden, kunt u zich beroepen op non-conformiteit.
De Nederlandse wet biedt verder geen garantie. De Europese Richtlijn echter wel, maar daar kunt u zich niet rechtstreeks op beroepen tegen de verkoper. Wel moet de rechter de Nederlandse wet richtlijnconform interpreteren.
Volgens de richtlijn heeft u gedurende 2 jaar recht op kostenloos herstel of vervanging, of uw geld terug. Artikel 5, lid 1:
1. De verkoper is aansprakelijk krachtens artikel 3 wanneer het gebrek aan overeenstemming zich manifesteert binnen een termijn van twee jaar vanaf de aflevering van de goederen. Indien voor de uitoefening van de in artikel 3, lid 2, vermelde rechten in de nationale wetgeving een verjaringstermijn geldt, kan die niet verstrijken binnen een periode van twee jaar vanaf de aflevering.
De achterliggende fabrikant (en fabrieksgarantie)
Het komt nogal eens voor dat de verkoper een klant met een probleem probeert door te sturen naar de fabrikant. Dit is in beginsel niet correct. De klant heeft enkel een overeenkomst met de verkoper en déze dient het probleem te verhelpen. Met de achterliggende fabrikant heeft de klant dus in principe niks van doen. Wel kan de klant steeds vaker direct bij de fabrikant reparatie of vervanging regelen. (Veruit de meeste verkopers sturen het product zelf ook enkel maar door naar de fabrikant).
Europese Richtlijn 1999/44
18 maart 2009
Rechtbank Utrecht
Een consument koopt een auto met een zeer zuinig energielabel. Al snel blijkt echter dat de auto maar liefst +/- 25% minder zuinig is, als is aangegeven. Dat lijkt toch overduidelijk in strijd met artikel 7:17 lid 1 BW:
De rechtbank constateert echter op basis van openbare bronnen dat een afwijking van 25% echter geenszins ongebruikelijk is.
bron: Wouters Advocaten15 september 2005
Rechtbank Rotterdam - uitspraak
5.1 Ten tijde van de aflevering van de wastafel was artikel 7:18 BW nieuw nog niet in werking getreden, doch op grond van arresten van het Hof van Justitie van de EG is de nationale rechter gehouden om in het kader van een geschil dat materie betreft die wordt beslagen door een Europese richtlijn, het nationale recht uit te leggen in het licht van de bewoordingen en het doel van die Europese richtlijn. Het onderhavige geschil valt binnen het toepassingsgebied van Richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen.
Deze richtlijn had uiterlijk op 1 januari 2002 geïmplementeerd moeten worden, doch is niet eerder dan bij inwerkingtreding van (o.a.) artikel 7:18 BW op 1 mei 2003 geïmplementeerd.
Er is hier plaats voor richtlijn conforme uitleg van artikel 7:17 BW oud, in die zin dat op grond van een wettelijk vermoeden, behoudens tegenbewijs, wordt aangenomen dat indien een afwijking aan het gekochte goed zich binnen zes maanden na aflevering van dat goed voordoet, de afgeleverde zaak niet aan de overeenkomst beantwoordde.Aanneming van werk & koop
Gemengde overeenkomst