Geldigheid van de 'geen fietsen plaatsen' sticker

Je hebt vast weleens een sticker of bordje gezien "Gelieve geen fietsen te plaatsen". Dat klinkt nog als een verzoek waar geen dwingende rechtskracht vanuit gaat. Soms is deze echter dwingender van aard: "Verboden fietsen te plaatsen". Vooral bij deze laatste wordt het interessant te bezien welke rechtskracht van zo'n sticker of bordje uitgaat.

Aanvankelijk ging ik ervan uit dat van een dergelijke melding totaal geen rechtskracht uitging.

In 'Afdeling 10: Maatregelen tegen overlast en baldadigheid' van de APV van Den Haag bevindt zich echter de volgende bepaling:

Artikel 2:51 Neerzetten van fietsen e.d.

Het is verboden op of aan de weg een fiets of een bromfiets te plaatsen of te laten staan tegen een raam, een raamkozijn, een deur, de gevel van een gebouw dan wel in de ingang van een portiek indien:

  1. dit in strijd is met de uitdrukkelijk verklaarde wil van de gebruiker van dat gebouw of dat portiek;
  2. waardoor die ingang versperd wordt.

De bepaling spreekt expliciet van het plaatsen van een (brom)fiets tegen een object. Een (brom)fiets welke slechts voor een raam of gevel staat, wordt niet door deze verbodsbepaling geraakt.

Hiernaast doet zich de vraag voor de genoemde voorwaarden cumulatief, danwel alternatief moeten worden gelezen. In het eerste geval dient ten alle tijde daadwerkelijk de ingang versperd te worden, wil het verbod van kracht zijn.